Wanneer we als hulpverlener in een impasse terechtkomen, is er vaak meer aan de hand dan wat aan de oppervlakte zichtbaar is. Een kenmerk van een impasse is dat de werkrelatie verstoord is geraakt. Cliënten kunnen wel praten, vertellen en delen, maar er blijft altijd nog een laag van informatie achter die niet meteen wordt uitgesproken. Dit noem ik de onderstroom.
Wat gebeurt er in de onderstroom? De onderstroom bevat de emoties, gedachten en indrukken die niet direct worden geuit, maar die wel degelijk invloed hebben op de interactie tussen hulpverlener en cliënt. Het is dat gevoel van “pluis of niet pluis,” dat ons vertelt dat er iets meer speelt. Tijdens mijn trainingen systeemgericht werken deel ik vaak het principe van de onderstroom: “Als je in de groep stapt, stapt de groep in jou.”
Wat dit betekent, is dat wanneer je als hulpverlener een werkrelatie aangaat, je niet alleen in contact komt met wat de cliënt bewust deelt, maar ook met alles wat onbewust wordt uitgestraald. Deze onuitgesproken gevoelens en gedachten beïnvloeden jou als hulpverlener. Maar dit werkt ook andersom: jouw eigen onderstroom beïnvloedt de cliënt.
Voorbeeld uit de praktijk
Gisteren had ik een gesprek met een cliënt. Terwijl zij aan het praten was, merkte ik dat ik zelf nog met iets anders in mijn hoofd zat, iets wat mij buiten de sessie bezighield. Nog geen tien minuten later vroeg de cliënt mij: “Wat is er?” Ze voelde mijn onderstroom, zonder dat ik daar woorden aan had gegeven. Dit illustreert hoe krachtig en bepalend die onzichtbare laag in de werkrelatie is.
Machteloosheid in een Impasse
Een impasse wordt vaak gekenmerkt door gevoelens van machteloosheid, frustratie en soms zelfs irritatie, aan zowel de kant van de hulpverlener als de cliënt. Deze emoties, die vaak onuitgesproken blijven, dragen bij aan het vastlopen van de werkrelatie. En zonder het te beseffen, speelt de hulpverlener hier een belangrijke rol in. De emoties en gedachten die we niet uitspreken – onze eigen onderstroom – kunnen het contact met de cliënt verstoren.
Verkennen van je eigen onderstroom
Een van de belangrijkste stappen in het werken in een impasse is het verkennen van je eigen onderstroom. Dit betekent dat je jezelf als hulpverlener afvraagt: Wat heb ik gevoeld of gedacht, maar niet uitgesproken? Het professioneel uitspreken van deze gevoelens is cruciaal om de impasse te doorbreken. Door dit te benoemen, ontstaat er vaak een nieuw gesprek dat kan leiden tot herstel van de werkrelatie.
Herstellen van de werkrelatie
Het succes van het doorwerken van een impasse hangt af van de reactie van de cliënt op jouw openheid. Zodra je jouw onderstroom hebt benoemd, kun je observeren of er iets nieuws ontstaat. Is er ruimte voor een nieuwe dynamiek? Kun je samen verder?
Een grote valkuil bij het werken in een impasse is dat je verdergaat zonder dat de werkrelatie volledig is hersteld. Als de onderstroom niet is benoemd en de verstoring niet is besproken, blijf je in de oude dynamiek vastzitten, wat de impasse alleen maar kan versterken.
In company training voor teams
Wil je leren hoe je effectief kunt werken in impasses en de onderstroom in je werkrelaties kunt gebruiken? Bij het Kempler Instituut bieden we een eendaagse in company training aan waarin je leert hoe je impasses kunt herkennen, benutten en doorbreken. Deze training is speciaal ontwikkeld voor teams die systeemgericht willen werken. De training bestaat uit interactieve theorie, methodiek en praktijkoefeningen, waarin je direct aan de slag gaat met je eigen casuïstiek.
Neem contact met ons op voor meer informatie en om een training voor jouw team te organiseren! Lees meer op de deze pagina. Kosten: €1450 per dag of €750 per dagdeel.